
Boekfragmenten De Smaak van Vrijheid deel 4
|
Ik wilde de dubbele deur naar het grote salon opendoen, maar die was op slot. Ik beklom de drie treden en liep de gang door naar de vestiaire. Op de witmarmeren vloer zag ik modderige afdrukken van schoenen. Blijkbaar was papa al voor mij thuisgekomen. Plotseling ging er een huivering door me heen. De afdrukken kwamen van laarzen met geribbelde zolen en waren van meer dan één persoon. De vestiaire was donker. Zonder licht te maken opende ik de deur naar de woonkamer met daarachter de wintertuin, waar maman meestal te vinden was. Ze zat in haar rotanstoel en staarde me met grote ogen aan. In de stoel naast haar zat een man met een smal, hardvochtig gezicht, gekleed in een zwarte leren jas. Hij was blootshoofds. Zijn haar was in een middenscheiding gekamd en glansde van de brillantine. Op het tafeltje voor hem lag een zwarte vilten hoed.
Ik deed twee passen voorwaarts en schrok toen iemand achter mij de deur dichtdeed. Ik keek om.Aan weerskanten van de deur stond een Gestapoagent in diensttenue. De ene hield een machinepistool op me gericht, de andere een gewoon pistool dat er zo mogelijk nog dodelijker uitzag. Ik keek weer naar maman. Haar gezicht was gevlekt en haar ogen waren roodomrand alsof ze urenlang had gehuild. 'Wat is dit, maman? Hoe komen zij hier?' Er sprongen tranen in haar ogen. 'Wees maar niet bang,' zei ze. 'Ze zullen jou niets doen.' Met een bijna schuchter gebaar wees ze naar de man met de leren jas. 'Meneer Frederickx is chef van de Inlichtingendienst van de Algemene ss. Hij heeft me zijn woord gegeven. Nietwaar, meneer Frederickx?' Frederickx bekeek me met een vernietigende blik, maar gaf geen antwoord. 'Alles wat ze willen is het diamant. De partij van 200.000 karaat die papa heeft ontvreemd. Als hij het diamant teruggeeft, worden we verder met rust gelaten.'
Ik kon niet geloven wat ik hoorde. Hoe kon maman zo naïef zijn?
'Sinds wanneer hecht jij geloof aan hun leugens, maman?'
Ze keek me handenwringend aan.
'Je moet ons helpen,' smeekte ze. 'Als papa komt, moet je hem helpen te overtuigen. Het is onze enige kans op redding.'
Een verschrikkelijke gedachte maakte zich van me meester.
'Maman,' vroeg ik met gesmoorde stem, 'je hebt ze toch niet gezegd dat hij kwam? Je hebt papa toch niet in de val gelokt?'
Ze begon te huilen. 'Ze wisten alles over hem en over ons. Van een infiltrant. Ze hebben me gedwongen. Ze dreigden ermee jou als gijzelaar op te pakken als ik hem niet hiernaartoe zou lokken. Ik kon jou toch niet laten doodschieten?' Ze begon nu onbeheerst te snikken. 'Alles liever dan dat. M'n eigen leven. Dat van hem. Als jij het er maar levend afbrengt.' Ik luisterde geschokt, niet in staat een woord uit te brengen. 'Genoeg!' zei Frederickx. Hij stond op en knoopte zijn leren jas open. Daaronder droeg hij een bruin hemd met een zwarte das, een rijbroek en zwarte laarzen. Zijn blik vertelde me dat ik niet meer was dan een vleugelloos insect dat in kringetjes over de grond kruipt en dat hij ieder ogenblik onder zijn laarzen kon verpletteren. 'Je hebt het gehoord. Je helpt ons de jood te pakken, of jullie gaan er allemaal aan. De jodin het eerst.' 'Ik ben geen jodin,' snikte maman. 'Zwijg!' Hij keek naar me met oogjes die glommen van haat. 'Wel? Wat ga je doen? Ga je ons helpen?' Ik walgde. Ik spuwde de woorden uit. 'Mijn vader verraden? Nooit!'
Hij had niet anders verwacht. Hij raapte zijn hoed van het tafeltje en knikte naar de twee Gestapoagenten. Die schoven het tafeltje tegen de muur. Nu pas zag ik het touw met de strop dat omlaag bungelde. Sprakeloos van ontzetting zag ik hoe ze maman optilden en op het tafeltje zetten. Een ogenblik later was de strop om haar hals aangespannen. Maman verborg haar gezicht in haar handen en prevelde een gebed. Frederickx zette zijn gelaarsde voet op de rand van het tafeltje. Hij glimlachte zoals een professor scheikunde die op het punt staat een experiment te verrichten voor de verzamelde leerlingen van zijn klas. 'We weten dat de jood zich moeilijk laat grijpen. Hij heeft vermoedelijk een paar mannetjes op de uitkijk staan. Daarom ga jij op de stoep zitten. Heel ontspannen. Je glimlacht. Zo zal hij weten dat alles veilig is en dat hij naar binnen kan komen.' Frederickx liet zijn stem dalen. Op zijn gezicht verscheen een moorddadige uitdrukking.
'Een verkeerde knipoog, een opgehaalde wenkbrauw, om het even wat maar voor een waarschuwing kan doorgaan en je Jiddische mama bengelt aan het touw. Kijk maar.' Hij bewoog zijn voet en het tafeltje wankelde. Mamans handen klauwden naar het koord dat zich om haar hals spande. Met een verstikte stem, fluisterend en schreeuwend tegelijk, stamelde ze onverstaanbare woorden. 'Alstublieft, meneer Frederickx,' smeekte ik. 'Ik zal alles doen wat u wilt.' Frederickx glimlachte. Hij genoot van de situatie. 'Weet je dat zeker?'
'Ja, alstublieft, meneer Frederickx. Héél zeker!' Hij wees naar maman. 'Zij blijft met de strop om haar nek staan tot alles achter de rug is.' Hij zag maman wankelen en grijnsde. 'Als ze zich zolang overeind kan houden.'
Lees verder >> |
|
|
|
|
|